Een citaat van 40 woorden of meer wordt in een losstaand, ingesprongen blok weergegeven, zonder aanhalingstekens. Boven en onder het blokcitaat komt een witregel.
Luyendijk (2015, p. 18) zegt over de Britse bankierswereld:
Ik ging wandelen en merkte direct dat ‘de City’ geen goede term meer is. In de financiële sector in Londen werken tussen de 250.000 en 350.000 mensen. Dat zijn een heleboel banen, en die zijn op meer dan één plek gaan samenklonteren.
In ons onderzoek ….
In Dit kan niet waar zijn staat hierover:
Ik ging wandelen en merkte direct dat ‘de City’ geen goede term meer is. In de financiële sector in Londen werken tussen de 250.000 en 350.000 mensen. Dat zijn een heleboel banen, en die zijn op meer dan één plek gaan samenklonteren. (Luyendijk, 2015, p. 18)
In ons onderzoek ….
Let op! In het tweede voorbeeld wordt de titel van het boek cursief vermeld. De punt komt hier voor de bronverwijzing omdat de verwijzing geen deel uitmaakt van het citaat.