De mentor is de directe begeleider van de student in de praktijk. De mentor geeft de student ruimte en is rolmodel, vraagbaak, coach en sparringpartner voor de student. De mentor geeft continu feedback, feedup en feedforward (Hattie & Timperley, 2007). De student maakt gebruik van kennis uit de eigen beroepspraktijk en kennis vanuit de opleiding, zoals aangereikt op het PABO-Kennisplein. De mentor stelt kritische vragen aan de student gericht op het handelen van de student en de theorie waarop dit handelen gebaseerd is en is hierin een rolmodel.
De mentor:
- verdiept zich in het concept, de werkwijze en de inhoud van Samen Opleiden;
- heeft de basistraining voor mentoren gevolgd of is bereid deze op korte termijn te volgen;
- bespreekt in de gouden driehoek wat er verstaan wordt onder de te behalen leeruitkomst en de criteria en wat dit betekent voor de maat en de leerroute van de student;
- ontwikkelt in de gouden driehoek activiteiten die aansluiten bij de leerdoelen van de student en de leermogelijkheden op de opleidingsschool;
- heeft een maatschappelijke focus en kan daardoor innovatief onderwijs organiseren;
- biedt als leerkracht een veilige en krachtige leeromgeving aan de student en de leerling, afgestemd op hun onderwijsbehoeften;
- brengt de student op de hoogte van de onderwijsbehoeften en de beginsituatie van de groep of stelt deze samen met de student op;
- is gemotiveerd om studenten te begeleiden en toont interesse in (het leren van) de student;
- geeft de student de ruimte om verantwoordelijkheid te nemen voor het eigen leerproces;
- kan studenten stimuleren en ondersteunen bij het leren van praktijkervaringen door zijn eigen praktijkkennis te expliciteren en een rolmodel te zijn;
- stimuleert de student om het handelen te onderbouwen vanuit diverse theoretische bronnen;
- kan de student inzicht geven in en is gemotiveerd om de student te begeleiden bij de persoonlijke en professionele identiteit, hiertoe maakt de mentor gebruik van passende begeleidings- en reflectiemodellen (koppelkaart en CMA);
- is op de hoogte van de leerdoelen en geeft effectieve en ontwikkelingsgerichte feedback, zowel mondeling als schriftelijk op het lesvoorbereidings- en feedbackformulier;
- gaat uit van de kwaliteiten van de student en is gericht op het ontwikkelen van zelfvertrouwen;
- communiceert open en stemt professioneel af met alle betrokkenen over het leerproces van de student;
- let op de beroepshouding van de student en informeert hierover met alle betrokkenen;
- reflecteert op het eigen professionele handelen als mentor, staat open voor feedback en geeft doelgericht vorm aan de verbetering van het eigen functioneren;
- stuurt de eigen ontwikkeling door deel te nemen aan professionaliseringsactiviteiten in het kader van Samen Opleiden.
Hattie, J. & Timperley, H. (2007) The power of feedback. In: Review Of Educational Research 2007 77: 81.